Een overtuigende redevoering over de rijkdom van de Cubaanse muziek
- Nieuws
- Een overtuigende redevoering over de rijkdom van de Cubaanse muziek
In de uiterste regionen van dit North Sea Jazz festival valt nog steeds wonderlijk veel schoons te ontdekken.
On Stage
Orlando 'Maraca' Valle (dwarsfluit en maracas); David Sánchez (tenor sax); Brian Lynch (trompet); Harold Lopez Nussa (piano); Gregory Privat (toetsen); Rafael Paseiro (bas); Robby Ameen (drums); Paoli Mejias (congas, percussie).
Verwachting
Na het fluitsignaal verlaten onthutsend veel mensen Ahoy, op de grote stroom na dan die zich richting Stevie Wonder in de Nile beweegt. Helemaal achterin het complex, in de ook al uitgestorven Hudson zaal, maakt de Cubaanse dwarsfluitist en bandleider Orlando Valle (directe familie van de in Amsterdam wonende latin jazz pianist Ramon Valle, overigens ook op dit festival te zien) zich gereed voor een sessie hardcore latin jazz op zijn Cubaans, met als gastsolisten Bryan Lynch (bekend van zijn werk met de New Yorks-Puertoricaanse gigant Eddie Palmieri) en saxofonist David Sanchez.
Publiek
Als je jezelf de innige historische (en actuele) verwantschap tussen jazz en latin muziek realiseert, dan blijft het merkwaardig dat 'latin-jazz' als genre in Nederland nog steeds maar zo klein is. Het neefje salsa kent inmiddels vele liefhebbers, maar salsa's stamvader latin-jazz blijft een liefhebberij voor connaisseurs. Dit terwijl het DNA van de jazz bijzonder potent Cubaans en ander Caribisch materiaal bevat. Om maar wat voorbeelden te noemen: Ellingtons Caravan, misschien met Summertime wel de bekendste jazzstandard, werd geschreven door de Puertoricaanse trombonist in Ellingtons orkest. Dizzy Gillespie nam als eerste bandleider de Cubaanse percussionist Chano Pozo in dienst, omdat hij zo onder de indruk was van de mogelijkheden die Cubaanse muziek biedt.De lijst van intieme contactmomenten tussen jazz en latin is kortom eindeloos uit te breiden. We tippen hier 'Latin Jazz', het uitstekende overzicht in twaalf pagina's dat Gene Santoro schreef voor het standaardwerk The Oxford companion to jazz (redactie Bill Kirchner, Oxford University Press, 2000). Misschien was het het timeslot dat Maraca was toebedeeld, zo helemaal in de uiterste regionen van dit festival, nota bene na een verloren WK finale van Nederland. Maar zelfs dit laatste zou geen reden mogen zijn voor een lage opkomst: zonder getuigen voltrok zich hier een demonstratie van muzikale wendbaarheid, intelligentie en elegantie dat veel meer jazzliefhebbers had kunnen, nee: moeten bekoren.
Moment
Het begin van de set werd ernstig ontsierd door galmende synthesizerklanken (nog een Sovjet residu? In ieder geval vreselijk gedateerd), die hier iets te uitbundig als nepslagroom over een exquise drie gangen diner worden gespoten. Nergens voor nodig, wat gelukkig even later bleek toen de synthesizer werd uitgezet en onder leiding van Maraca in vogelvlucht allerlei Cubaanse stijlen en invloeden werden gepresenteerd. Met name in de classy danzon, een wat ouder Cubaans genre dat nog niets aan actualiteit heeft ingeboet, weet Maraca met geavanceerde improvisaties op de dwarsfluit (dit kan, vergeet iedere Berdien Stenberg associatie) hoge concentraties kippevel bij de luisteraar op te wekken. Om nog maar te zwijgen over de even achteloze als superieure toon van Bryan Lynch. Lynch oogt met zijn toeristen outfit alsof hij zo is weggewandeld uit een Coen Brothers film, maar wat is dit toch een gigant in trompettenland.
Oordeel
Zo maar aan het eind van het festival een van de allerbeste concerten van dit jaar, het moet niet gekker worden. Waar was het publiek?
Gezien: North Sea Jazz, zondag 11 juli, Hudson. Jair Tchong