Artiest

Neil Diamond

  1. Artiestenchevron right
  2. Neil Diamond
Met meer dan 130 miljoen verkochte platen is Neil Diamond één van de succesvolste Amerikaanse zangers aller tijden. Zijn unieke schrijftalent en karakteristieke stemgeluid hebben hem tientallen wereldhits bezorgd, waaronder onvergetelijke successen als 'I Am.. I Said', 'Song Sung Blue' en 'Beautiful Noise'.

Medicijnen

Neil Leslie Diamond wordt op 24 januari 1941 in New York geboren als zoon van Joodse ouders. Zijn vader is eigenaar van manufacturenwinkel, zijn moeder huisvrouw. Tijdens zijn middelbare schoolperiode zingt Neil in het schoolkoor samen met een piepjonge Barbra Streisand. Later zullen hun wegen elkaar weer kruisen. Daarnaast zit Neil in het schermteam van zijn school. Zijn schermtalent bezorgt hem een studiebeurs aan de universiteit van New York. Behalve schermen begint Neil ook aan een studie medicijnen. Tijdens zijn studie speelt Neil piano en gitaar en schrijft hij liedjes. Samen met z’n studievriend Jack Packer treedt hij op als het zangduo Neil And Jack. Ze brengen zelfs twee singletjes uit die allebei floppen.

Broodschrijver

In 1963 krijgt Neil een baan als liedjesschrijver aangeboden in de Brill Building, een gebouw in New York waar het bruist van de muzikale creativiteit. In deze ‘hitfabriek’ schrijven onbekende broodschrijvers dagelijks liedjes voor beroemde artiesten.  Tot Neils collega’s behoren onder anderen Burt Bacharach, Neil Sedaka, Carole King en Paul Simon. Het zijn stuk voor stuk talentvolle figuren die later zelf ook uitgroeien tot wereldberoemde artiesten. In deze muzikale kookpot schrijft Neil tientallen liedjes. In 1965 wordt één van zijn liedjes, 'Sunday And Me', een hit voor Jay & The Americans. Het zet voor Neil de deur open naar meer succes. Zo schrijft hij voor The Monkees hits als 'I’m A Believer' en 'A Little Bit Me A Little Bit You'.  Ook Elvis Presley, Cliff Richard, Lulu en zelfs de Britse hardrockband Deep Purple nemen liedjes van hem op. Maar eigenlijk schrijft Neil deze liedjes allemaal voor zichzelf. Hij wil namelijk niets liever dan ze zelf opnemen en op plaat uitbrengen.

 Vrijheid

In 1966 wordt Neil die kans geboden. Hij tekent een contract met een piepklein platenmaatschappijtje en brengt z’n eerste solosingle 'Solitary Man' uit. Tot z’n eigen verbazing wordt het liedje een hit in Amerika. Met z’n tweede single 'Cherry Cherry' staat hij eind 1966 zelfs in de Amerikaanse Top 10 genoteerd. Beide liedjes zijn de eerste twee uit een serie van grote en kleine hits, waaronder 'Girl You’ll Be A Woman Soon', 'Red Red Wine', 'Do It' en Neils eigen versie van 'I’m A Believer'. Ondertussen heeft Neil een contract afgesloten met een andere, grotere platenmaatschappij die hem meer artistieke vrijheid biedt. Dat resulteert in nòg grotere hits zoals het aan Caroline Kennedy opgedragen 'Sweet Caroline', 'Holly Holy' en 'Cracklin’ Rosie', waarmee Neil in 1970 zijn eerste Amerikaanse nummer 1-hit weet te scoren.

Wereldhits

Twee jaar later treedt Neil tien avonden achter elkaar op in het Greek Theatre, het beroemde amfitheater in Los Angeles. Ieder avond is het theater stijf uitverkocht; fans zonder kaartje klimmen zelfs in de bomen rond het theater om maar een glimp van hun idool op te kunnen vangen. Neil laat één van de concerten vastleggen op een dubbelelpee: 'Hot August Night'. Het wordt de best verkochte plaat van het jaar en luidt ook Neils definitieve doorbraak in de rest van de wereld in. Liedjes als 'Song Sung Blue', 'If You Know What I Mean', 'Beautiful Noise' en het uit de film Jonathan Livingston Seagull afkomstige 'Skybird' worden grote wereldhits.

 Film

In 1978 leidt een ontmoeting met zijn oude schoolvriendin Barbra Streisand tot nieuw succes. Hun duet 'You Don’t Bring Me Flowers' bereikt de eerste plaats van de Amerikaanse hitlijsten. In 1980 speelt Neil een hoofdrol in de film The Jazz Singer, waarin Sir Laurence Olivier en Lucie Arnaz zijn tegenspelers zijn. De film is een doorslaand succes en brengt drie door Neil uitgevoerde hits voort, te weten 'Love On The Rocks', 'Hello Again' en 'America'.  In 1982 scoort Neil met het door de film E.T. geïnspireerde 'Heartlight' zijn laatste grote hit in Amerika. Daarna neemt het succes geleidelijk af, mede doordat Neil bewust afstand neemt van de hectische showbusiness om zo een rustiger leven te leiden.

Comeback

In 2005 maakt Neil zijn comeback met het album 12 Songs. Op deze sobere plaat haalt producer Rick Rubin het beste in Neil naar boven. Zichzelf slechts begeleidend op akoestisch gitaar zingt Neil twaalf prachtige liedjes.  De plaat krijgt een passend vervolg met fraaie albums als Home Before Dark (2008) en Dreams (2010). Ondertussen is Neil ook weer gaan optreden. In 2009 verschijnt onder de titel Hot August Night/NYC een cd/dvd registratie met hoogtepunten uit de serie concerten die hij in de Madison Square Garden geeft.

Ster

Op 24 januari 2011 viert Neil zijn zeventigste verjaardag. Ter gelegenheid van zijn grote verdiensten voor de Amerikaanse popmuziek krijgt hij een plekje tussen alle grote wereldsterren in de Rock And Roll Hall Of Fame.  Datzelfde jaar start hij een nieuwe wereldtour die hem naar onder anderen Nieuw Zeeland, Australië, Zuid Afrika en Europa brengt.  Zo geeft hij op 9 en 11 juni 2011 twee spectaculaire concerten in Ahoy’ Rotterdam. Op 21 april 2012 treedt Neil voor de derde maal in het huwelijk, ditmaal met zijn dertig jaar jongere manager Katie McNeil. Uit zijn vorige twee huwelijken heeft Neil, twee dochters en twee zoons . In augustus 2012 krijgt hij een eigen ster op de beroemde Walk Of Fame in Hollywood. “I'm a lucky man. Hard work is the key, but luck plays a part,” aldus Neil Diamond.