Alison Krauss
- Artiesten
- Alison Krauss
Jong talent
Krauss is er vroeg bij. Ze levert op 14-jarige leeftijd haar debuutalbum Different Strokes af met viooldeuntjes uit de bluegrass, een sub-genre van de country-muziek. Ze tekent een contract en brengt twee jaar later Too Late To Cry al uit.
Vanaf 1989 werkt ze samen met de band Union Station. Samen maken ze Two Highways, dat genomineerd voor voor Grammy Award in de bluegrass categorie.
Eerste succes
Ze slaat aanbiedingen van grote platenmaatschappijen af en maakt in haar eentje het ingetogen I've Got That Old Feeling in 1990. Ze komt met de singles en het album voor het eerst in de Amerikaanse hitlijsten terecht en ontvangt dat jaar haar eerste Grammy Award.
Grand Ole Opry
Voor het tweede wapenfeit samen met The Union Station Every Time You Say Goodbye (1992) ontvangt ze wederom een Grammy Award. In 1993 is ze met haar 21 jaar de jongste die ooit uitgenodigd is voor ‘The Grand Ole Opry’, een gerenommeerd country festival in Nashville.
Grote doorbraak
Samen met The Cox Family neemt ze een muziek op waarop bluegrass met gospel wordt gemixt. Een aantal van de nummers verschijnen op het verzamelalbum Now That I’ve Found You (A Collection). De single ‘Baby, Now That I’ve Found You’ is een cover van The Foundations en is een grote hit in Amerika. De verzamelaar wordt ruim twee miljoen verkocht en haar naam is definitief gevestigd. Dat jaar wordt ze genomineerd voor vier Country Music Association Awards en Krauss wint ze allemaal.
O Brother, Where Art Thou?
In 2002 werkt ze mee aan de soundtrack van de film O Brother, Where Art Thou?. De soundtrack gaat ruim zeven miljoen keer over de toonbank. Het is bevestigd volgens Krauss dat Amerikanen veel van het bluegrass-genre houden. De film heeft het alleen heel mooi verpakt.
2011
In 2011 brengt Alison Krauss haar veertiende album Paper Airplane uit. Het album bevat met name covers, waaronder van Jackson Browne en Richard Thompson.